* Je poets de privé woningen.
* Je neemt het stof af.
* Je stofzuigt de woning.
* Je reiningt het sanitair.
* Je dweilt of schuurt de vloeren.
* Eventueel moet je ook strijken en koken.
* Je kan zelfstandig werken.
* Je ziet werk.
* Je neemt dingen op en verplaatst ze zodat je er ook onder kan poetsen.
* Je hebt een hart voor het poetsen bij mensen thuis.
* Indien je Engels kan is dit een pluspunt.
* Het hebben van een rijbewijs B is een pluspunt.
Vloeren, Engelse taal, Autorijden, Woningen, Sanitair, Strijken, Koken