Jobinhoud
Opgelet
Dit is een topmanagementfunctie die voor elk gender open staat.
Lees aandachtig alle informatie onder het tabblad 'Volledige beschrijving' voor de verschillende stappen van de selectie en om een volledig beeld te krijgen van de vacature.
Volg nauwgezet de instructies om een geldige kandidatuur in te dienen. Je vindt de juiste stappen in de volledige beschrijving onder het tabblad 'Solliciteren'.
Doel van de job
De Directie-generaal Europese Zaken en Coördinatie (DGE) staat in voor de voorbereiding ,de bepaling ,de vertegenwoordiging ,de behartiging en de opvolging van het Belgische Europabeleid. Met de steeds ruimere integratie van de Europese Unie en de steeds grotere rol die zij op internationaal niveau speelt, wint deze opdracht meer en meer aan belang.
De DGE is een spilfiguur in het bepalen van de Belgische standpunten in Europese zaken. In openheid, overleg, en samenwerking met de partners van de federale en gefedereerde entiteiten zorgt zij voor de coördinatie van de Belgische positie, opdat ons land met één stem kan spreken op het Europese forum.
De DGE draagt bij tot het verzekeren van een draagvlak voor het Europees beleid bij de publieke opinie .
Context van de functie
Interne relaties binnen de organisatie:
1. Verzekert het dagelijks beheer en de leiding van de DGE (personeelsbeheer, budget, organisatie van de Directie-generaal en van haar werkprocessen).
2. Rapporteert aan de Voorzitter van het Directiecomité van de FOD Buitenlandse Zaken, en zetelt in het Directiecomité van de FOD.
3. Realiseert de doelstellingen van zijn functioneel domein, in samenwerking met de andere operationele en ondersteunende diensten van de FOD, en met de betrokken diplomatieke posten (EU en niet-EU).
Interne relaties binnen de federale overheid:
4. Overlegt en coördineert met de andere FOD's en met de gewesten en de gemeenschappen over Europese vraagstukken, om overeenkomsten te bereiken over de Belgische standpunten die verdedigd worden in de Europese instellingen. (Referentiekader: Samenwerkingsakkoord van 8 maart tussen de Federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten, met betrekking tot de vertegenwoordiging van het Koninkrijk België in de Ministerraad van de Europese Unie).
Externe relaties bij de federale overheid:
5. §
Vertegenwoordigt de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking in Europese aangelegenheden.
6. §
Onderhoudt contacten met de actoren die op zijn/haar domein werkzaam zijn, o.a. administraties van de verschillende Europese instellingen, de andere Lidstaten van de EU en kandidaat-Lidstaten, en de vertegenwoordigers van derde landen.
7. §
Onderhoudt contacten met de vertegenwoordigers van de verschillende geledingen uit de Belgische maatschappij, en met de academische en wetenschappelijke kringen (think tanks) die Europese aangelegenheden opvolgen.
8. Heeft aandacht voor de vragen van Belgische particulieren en organisaties die naar bijstand of informatie in verband met Europese aangelegenheden zoeken.
In de werkomgeving van deze functie is de kennis van het Nederlands, het Frans en het Engels vereist.
Resultaatgebieden
Permanente resultaatgebieden:
9. §
Verwezenlijken van de doelstellingen die in het strategisch en operationeel plan van de FOD aan de Directie-generaal Europese Zaken en Coördinatie worden toegewezen.
10. Afhankelijk van politieke en maatschappelijke ontwikkelingen en van de actualiteit, het ontwerpen van, toezien op de toepassing en het bijsturen van de beleidslijnen inzake de volgende functionele domeinen:
Europese integratie en coördinatie in elk beleidsdomein dat door de EU wordt behandeld, zoals bv. milieu, energie, economisch bestuur, justitie, migratie, handelsbeleid, de externe betrekkingen van de EU, enz.;Identificatie van de Belgische belangen, uitbouw en bevordering van het Belgisch standpunt, zowel in het kader van de reguliere activiteiten van de Raad van de Europese Unie als tijdens onderhandelingen van de verdragen. Deze opdracht behelst met name de rol inzake coördinatie en overleg met de verschillende FODs, de Gemeenschappen en de Gewesten om een Belgisch standpunt te bereiken dat voor de Europese instellingen zal verdedigd worden voor elke in het kader van de EU behandelde materie;Opvolging en uitbouw van de betrekkingen met de instellingen en organen van de Europese Unie, ter versterking van de belangen en standpunten van België;Opvolging van de werkzaamheden van deze instellingen en organen;Europese bilaterale betrekkingen: opvolging, uitbouw en valorisering van de bilaterale betrekkingen met de Lidstaten van de EU om de Belgische belangen te bevorderen en verdedigen;Internationale betrekkingen: opvolging van de externe betrekkingen van de EU; geopolitieke rol van de EU;Een sensibiliseringsbeleid over het Europese project bij de publieke opinie.
11. Het inzetten en aanwenden van de toegekende middelen op het vlak van P&O, B&B, ICT, Communicatie en Protocol, teneinde de opdrachten op een efficiënte manier uit te voeren:Het beheer van personeelszaken: sturen, motiveren, evalueren en ontwikkelen van een team van medewerkers in Brussel en op post in het buitenland, met het oog op de verwezenlijking van de vooropgestelde doelstellingen; creëren van mogelijkheden tot ontplooiing van de medewerkers binnen een motiverende werkomgeving; het beheren van de arbeidsomstandigheden van de personeelsleden, met inbegrip van diegenen die op post werken, van diegenen die in een beveiligde zone moeten werken of diegenen met een regime met onregelmatige werktijden;Beheer van de toegekende budgettaire middelen, toezien op de strikte naleving van de budgettaire beperkingen.
12. Organiseren, aansturen en continu monitoren van de dienst om de realisatie van de strategische doelstellingen te verzekeren. In dit kader, innoveren en eventueel verbeteren van de gebruikte technieken en methoden.
13. Ondersteunen en aanmoedigen van verandering waar nodig binnen zijn domein.
14. Bijdragen aan de reflectie en werkzaamheden met het oog op meer coherentie en efficiëntie in de organisatie van de FOD.
Tijdelijke resultaatgebieden:
15. Opvolging en coördinatie van het Belgisch voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie tijdens het eerste semester van .